‘s Nachts als jij slaapt wordt er hard gewerkt / Peter Arrhenius, Ingela P. Arrhenius ; vertaling [uit het Engels]: Mira van der Lubbe

Dit boek las ik voor aan mijn oudste, avond aan avond, op de rand van zijn bedje. Een geweldig boek voor hem: de stad, een trein, bouwmachines, leerzaam, flapjes, en hij kon steeds het laatste rijmwoord meebrullen. Dat was dan wel in mijn hoofd, want hij is inmiddels 22 jaar. Maar toen ik het boek laatst aan hem liet zijn, was hij het helemaal met me eens dat dit een fantastisch boek was voor mini-hem. En hij wilde nog steeds onder alle flapjes kijken.

‘Als jij ‘s nachts ligt te dromen, in je warme zachte bed’, dan zijn er allerlei mensen aan het werk. Zo komen we langs bakkers, vissers, de ‘nachtwacht’ in een museum (maar ook zien we de schoonmaker aan het werk), de machinist van een goederentrein (op de achtergrond rijdt een ambulance), dokters en verpleegkundigen in het ziekenhuis en wegwerkers/stratenmakers. Er wordt hard gewerkt, maar bijna iedereen ziet er vriendelijk en tevreden uit. En gelukkig hebben verschillende nachtwerkers koffie.

De tekst bestaat steeds uit vier regels tekst op rijm. Meestal rijmen er twee, wat pas opvalt als je er op gaat letten. En waardoor het waarschijnlijk (en gelukkig) in de vertaling geen dwangrijm is geworden. De illustraties zijn aantrekkelijk, en er is veel te zien – zeker ook onder de (vaak grote) flappen – zonder dat het al te druk wordt. We zien mannen en vrouwen in alle beroepen vertegenwoordigd. Bij sommigen is gender niet duidelijk en dus zelf in te vullen (of niet) en er is veel diversiteit in huidkleur. Het boek is groot stevig, hardkarton met afgeronde hoeken. Bij ‘normaal’ gebruik zouden de flapjes er niet makkelijk uit scheuren.

Voor de oplettende kijkertjes zijn er terugkerende personen: de bakkers die ‘s morgens nog aan het werk zijn in de winkel of buiten het brood afleveren, de dokter die ‘s nachts een meisje met gebroken been geruststelde loopt ‘s morgens gapend het ziekenhuis uit, het huilende skatejongetje dat met zijn vader in het ziekenhuis is na een val zit ‘s morgens in de bus naar huis bij papa op schoot te slapen. Ook verschillende wegwerkers zien we terug op weg naar huis, de schoonmaker loopt vrolijk door de straat (is hij op weg naar de bus of de boekhandel?) en de visser loopt naar huis met ook een visje voor zichzelf, met achter zich aan een kat die we aan het begin van het boek naar binnen zagen loeren bij de bakker. Knappe koppies die kunstwerken of kunstenaars in het museum herkennen. Dat is vooral een kleine uitdaging voor de voorlezer denk ik.

Al met al een heel leuk prentenboek voor peuters en kleuters die nieuwsgierig of leergierig zijn, houden van coole voertuigen, van beroepen, van steden en/of gewoon van boeken met flapjes. Ook goed te gebruiken voor groepen, op scholen en peuterspeelzalen. Staat in de Prentenboek Top Tien 2024.