Afgelopen weekend mocht ik voor de tweede maal voorlezen op het Kampvuurfestival, een festival dat draait om (uiteraard) kampvuren, maar ook om kampvuurmuzikanten. Vijftien verschillende muzikale acts brachten bij elkaar een verscheidenheid aan akoestische optredens ten gehore. Overdag las ik twee maal voor aan jongere kinderen en ‘s avonds las ik griezelverhalen voor ieder die maar zin had om te komen griezelen.

Leuk is dat vooral een aantal kinderen dat er vorig jaar bij was, nu graag weer wilden komen luisteren en een flinke regenbui trotseerden om toch op tijd te komen voor de griezelverhalen. Ik had van tevoren een samenstelling gemaakt van vier griezelgedichten en drie verhalen. Over het laatste verhaal had ik nog twijfels: zou het niet veel te lang gaan duren? Was het verhaal niet te moeilijk, te eng of te lang als er veel kinderen bij zouden zijn? Ik heb het verhaal uiteindelijk niet voorgelezen, vooral vanwege de tijd. Ik wil niet stoppen als de aandacht al aan het verslappen is omdat het te lang begint te duren en al met al had ik zat om voor te lezen:

Het grote griezelboek

Uit deze verzamelbundel las ik als eerste het gedicht De laatste kannibaal van Koos Meinderts. Behalve dat het gedicht een beetje griezelig, maar vooral grappig is, wordt er een verse kleuter op een houtvuurtje gestookt. Hoe toepasselijk!

Daarna las ik het waarschijnlijk griezeligste verhaal van de avond: Love betekent liefde van Andreas Palmaer, oorspronkelijk uit zijn griezelige verhalenbundel De man zonder gezicht over een levende pop die er alles voor over heeft om niet in een la te verdwijnen.

En als laatste een gedicht met veel illustraties: Het verhaal van slimme Krol van Gerda Dendooven. Een bovenal grappig verhaal over een jongen die een stel monsters en griezels langs krijgt op zijn slaapkamer, maar gelukkig heeft zijn (dode) oma een briljante tip om ze te verjagen.


Beest in bed : negen echte volkssprookjes / verz. en naverteld door Marita De Sterck ; met prenten van Jonas Thys

Marita De Sterck vertelt de sprookjes zoals ze waren: voor volwassenen. Ik las het spannende en bloederige verhaal Blauwbaard voor.


Rotbeesten / Roald Dahl ; tekeningen van Quentin Blake ; vertaald [uit het Engels] door Huberte Vriesendorp

Van alle rotbeesten die in dit boek hilarisch worden omschreven op rijm door de geweldige Roald Dahl, koos ik De leeuw. De zin ‘Zou jij uit je tent te lokken zijn / met hazenpeper of stoofkonijn?’ deed het hem voor hem voor mij: het Kampvuurfestival is immers een kampeerfestival.

Kwallenpap & slakkenvla en andere griezelversjes / Marianne Busser & Ron Schröder ; met tekeningen van Mark Janssen

Dit drietal maakt sinds een paar jaar een Kinderboekenweekthemadichtbundel, die erg leuk is om voor te lezen aan jongere kinderen een prachtig geïllustreerd. Ik hoop dat er voor komende Kinderboekenweek weer één verschijnt. Ter geruststelling van kleine (en eventueel grote) mensjes die wellicht iets te bang waren geworden, las ik als afsluiter het gedicht Het is allemaal niet waar!

Wellicht dat het verhaal dat is afgevallen: De vondst van je leven, uit de bundel Alleen als je durft : horrorverhalen van Dieuwertje Boeren en Linda van de Pol, volgend jaar een nieuwe kans krijgt. Voor wie durft.