De kerstwens / Katherine Rundell ; met illustraties van Emily Sutton ; vertaald uit het Engels door Jenny de Jonge

Dit boek heeft zo’n heerlijk sfeervolle kerstige kaft, dat ik het wel moest meenemen: een prachtig raam in een oud huis, met binnen een ouderwets versierde kerstboom: met slingers, ballen, bellen, zuurstokken, een vogel, een hobbelpaard, een blikken soldaatje en een engel als piek. En rijkelijk wat goudaccenten.

Zo gezellig is het in het boek echter niet. Jongetje Theo probeert in zijn eentje de kerstboom op te tuigen. Zijn drukke ouders zijn naar hun werk vertrokken, en de oppas die zou helpen is met haar neus op haar telefoon aan de keukentafel in slaap gevallen. Theo kan niet bij de hoogste takken, en de ballen zijn allemaal kapot. Ook de warme uitstraling van de kaft ontbreekt: Theo kan niet bij de thermostaat en heeft daarom vier truien over elkaar aangetrokken (op de illustraties heeft hij een gestreepte pyjama aan, maar een kniesoor die daarmee zit). De engel, het hobbelpaard, de blikken soldaat en de vogel zijn ook aardig versleten. Maar Theo hangt alles toch in de boom.

Als Theo uit het raam kijkt ziet hij een vallende ster (met rood en groen geknipper) en doet met heel zijn hart een wens: ‘Ik wens dat iemand bij me kon zijn. Dat ik niet allenig ben.’ Zodra hij zijn wens heeft gedaan, komen de engel, het hobbelpaard, de vogel en de blikken soldaat tot leven. Ook zij hebben wensen, en Theo doet er alles aan om hun wensen te vervullen: van het hobbelpaard haalt hij het onderstel af zodat het paard kan rennen, het vogeltje brengt hij naar een pianolerares uit de buurt zodat zij hem kan leren zingen, de engel krijgt nieuwe vleugels van duivenveren en vliegt ermee weg en de blikken soldaat krijgt een liefje (een prinses uit de speelgoedwinkel) en een taak: samen met de prinses gaat hij baby Jezus bewaken in de kerststal op het plein.

Als het paard er ook vandoor is gegalopeerd, gaat Theo nat en koud huiswaarts waar hij onder de ietwat zielige kerstboom in slaap valt. Maar alles komt meer dan goed: het paard heeft een soort magisch kerstboodschapgevoel bij de ouders van Theo afgeleverd en ze zijn onmiddellijk huiswaarts gekeerd. Als Theo ontwaakt in zijn bed waar zijn vader hem in heeft gelegd, treft hij zijn ouders in een rijkelijk versierde woonkamer die vol ligt met pakjes en op de tafel staat allerlei heerlijks. De kerstboom is zo schitterend als op de kaft van het boek en bovenop staat de engel te knipogen. Theo’s wens is uitgekomen, ook al bleek de vallende ster een vliegtuig te zijn geweest. ‘Maar zelfs vliegtuigen op weg naar Belgïe kunnen toveren, als je geluk en liefde en Kerstmis aan je zijde hebt.’

Duidelijk op en top een magisch kerstverhaal met happy end, met ouderwets sfeervolle illustraties en redelijk tijdloos. Met uitzondering van de mobiele telefoons die verder geen rol spelen. Humor is er gelukkig ook. Zo moet Theo het paard steeds in de gaten houden omdat het alles opvreet en veel sloopt. En de poging tot applaudiseren door een dinosaurus in de speelgoedwinkel vond ik erg grappig. ‘Zijn armen waren eigenlijk niet lang genoeg, maar iedereen waardeerde zijn poging.’ Heel leuk boek ter verhoging van de kerstsfeer. Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.