Beer zoekt een beste vriend / Petr Horacek ; vertaling [uit het Engels] Johanna Rijnbergen

‘Zwarte beer voelde zich alleen’. Wat een droevig begin. Maar niet meteen getreurd: hij besluit een vriend te gaan zoeken. Makkelijk vindt hij het echter niet. Gelukkig komt hij vrij snel een bruine beer tegen die – hoe toevallig! – ook op zoek is naar een vriend. Je zou denken dat het probleem opgelost is, en dat nadat het verhaal eigenlijk net is begonnen, maar de beren trekken een andere conclusie en besluiten samen te gaan zoeken naar die vriend.

Je ziet meteen dat het enorm klikt tussen de twee. Bovendien lijken ze ook nog eens verschrikkelijk op elkaar: dezelfde grootte, dezelfde kop, dezelfde oren en dezelfde lieve glimlach. Alleen de kleur is anders. Ze hebben het gezellig met elkaar, zorgen voor elkaar en hebben lol samen.

Als ze om te ‘oefenen’ zich gaan verstoppen voor elkaar, kunnen ze elkaar op een gegeven moment niet meer vinden en begint de angst toe te slaan. “‘Wat nou als ik hem niet vind?’ zei Zwarte Beer. ‘Wat nou als ik hem voor altijd kwijt ben… echt voor altijd?'” Hij staat er ook intens ongelukkig bij te kijken. Maar gelukkig komt het goed: Bruine Beer zat gewoon in een boom verstopt. Zo blij en opgelucht dat ze elkaar weer hebben gevonden komt het besef: “Is het niet geweldig dat je een vriend vindt als je het juist niet verwacht?” En is het ook niet ontzettend waar? Echte vrienden vind je zonder ze te zoeken. Ineens kom je ze tegen en is daar die klik. En meestal komt het besef later.

De illustraties met krijt, verf en collage zijn sfeervol en de beelden van het bos lijken iets te zeggen over de gemoedstoestand en de relatieontwikkeling tussen de beren: licht met vlindertjes als Zwarte Beer bedenkt dat hij een vriend gaat zoeken, donker als het moeilijk is, licht als hij Bruine Beer vindt, een beetje enger en blauwig als ze boven een diepe kloof staan, om vervolgens op een prachtige heuveltop met bloemetjes en vlindertjes uit te komen. Als ze elkaar kwijt zijn ziet het bos er wat donker en duister uit, maar de lucht wordt stralend blauw als ze elkaar vinden en ze eindigen weer op de prachtige heuveltop. Wie zou daar nou niet willen lopen met een goede vriend?

Beer zoekt een beste vriend zit in de Prentenboek Top Tien 2024. Petr Horáček heeft vaker de Prentenboek Top Tien gehaald (Gulzige geit 2019, Pieter de papegaaiduiker 2013) en Moppereend (met tekst van Joyce Dunbar) en Kleine muis zoekt een huis zelfs Prentenboek van het jaar in 2008 en 2020. Waarom zo vaak? Wat is de kracht? Het zit hem in de herkenbare gevoelens, de aandoenlijke personages (altijd dieren), vaak is er een zoektocht (naar eens iets anders te eten, een in een storm verloren vriend, vrienden om mee te spelen, een groter huis of nu: een nieuwe vriend), de mooie, kleurrijke illustraties en: dat ze goed te gebruiken zijn met groepen, activiteiten en zowel voor peuters als kleuters leuk en te begrijpen zijn.

Beer zoekt een beste vriend is een lief en vrolijk verhaal. Herkenbaar voor zowel peuters als kleuters die vaak ook zelf ineens een vriend hebben, waar ze oneindig mee samen kunnen spelen zonder te weten hoe ze zo bij elkaar zijn gekomen. Alleen bij peuters zal de grap dat de beren eigenlijk elkaar meteen al hadden gevonden ze wellicht een beetje ontgaan, maar dat maakt het boek niet minder leuk. Bovendien kun je het altijd nog aan ze voorleggen.