Morgen en morgen en morgen : roman / Gabrielle Zevin ; vertaald [uit het Engels] door Gerda Baardman

Vorig jaar hadden zowel een collega van mijn vorige, als van mijn huidige dit boek in dezelfde week aan mij getipt. Dat moest ik dus wel lezen! Er kwam alleen van alles tussen en toen ik het eindelijk geleend had aan het einde van het jaar, zag ik het bij verschillende mensen op hun ‘Beste boeken van het jaar’-lijstjes staan. Helaas had ik weer niet genoeg opgeschoten en moest het halverwege inleveren omdat het gereserveerd was. Ik reserveerde het meteen ook weer, maar zou minstens een paar weken moeten wachten tot ik het weer terug had, en vroeg me op één moment af: moet ik het per se terug? Inmiddels heb ik het boek uit en ben zo blij dat ik het terug gereserveerd heb!

Als 11-/12-jarigen leren Sam en Sadie elkaar in een ziekenhuis kennen, allebei met hun eigen problemen en vooral Sam met een fiks trauma (waar we later, met terugblikken langzaam meer over te weten krijgen). Gamen is wat hen meteen bindt, wat de volledig dichtgeklapte Sam uit zijn schulp doet kruipen en wat een hechte vriendschap oplevert. Het boek beslaat ruim 25 jaar, waarin zij vrienden worden, ruzie krijgen, elkaar uit het oog verliezen, elkaar weer terug vinden en opnieuw bevriend raken, problemen, trauma’s, onbegrip, ruzie, breuk. Hun vriendschap gaat over bergen en door dalen, maar overduidelijk geven ze heel veel om elkaar.

Daarbij is en blijft gamen de rode draad: van samen spelen, gaan ze over naar games maken, beginnen zelfs een bedrijf in het maken van games en zijn zeer succesvol. Of zoals de auteur Gabrielle Zevin zelf zegt in haar “Opmerkingen en dankwoord”: “Morgen en morgen en morgen is een roman over werk”. Jazeker: werk in de game-industrie. Ondergedompeld worden in gamen en games, is dat een probleem als je zelf niet gamet? Ik ben geen gamer, mijn collega’s die me het boek tipten ook niet. Het is absoluut niet nodig om het boek mooi te vinden. Ik vermoed wel dat het een toegevoegde waarde heeft als je dat wel bent. Uiteraard omdat je de liefde voor het gamen kent, en hier en daar wat meer snapt en voor je kan zien van waar anderen wellicht een beetje overheen lezen. Dat geldt overigens ook voor de literatuur en kunst die in de games en in het verhaal verwoven worden (Shakespeare, Emily Dickinson, Murakami, Hokusai).

Verderop zegt Gabrielle Zevin ook “Morgen en morgen en morgen gaat ook over liefde”. En dat is ook hetgeen wat het zo’n mooi boek maakt: de liefde tussen Sam en Sadie, maar ook voor en tussen hun andere vrienden en familie (waarbij wat familie betreft grootouders de belangrijkste rol spelen). De karakters zijn ook levensecht, we groeien en leven met ze mee gedurende verschillende decennia waarin het veranderen van de maatschappij ook merkbaar is. Met flink wat terugblikken en hier en daar korte opmerkingen over dingen die in de toekomst staan de gebeuren waardoor wij iets meer weten dan de personages zelf. Grappige en mooie dingen gebeuren, heftige en traumatiserende dingen gebeuren. We raken ondergedompeld in een game als de communicatie alleen nog maar via een spel gaat, en we raken ondergedompeld in een coma. Bijzonder een mooi om vanuit die gezichtspunten en tijdje in het verhaal te zitten.

Waar de een dit boek in een weekend uitlas, deed ik – slome lezer – er een stuk langer over, met tussendoor ook nog een pauze van weken. Maar het wachten was het absoluut waard, en slome lezers kunnen misschien wel langer genieten van een boek (hoop ik altijd maar). Ik heb het uit, en dat is jammer. Ik denk dat ik vrolijk en verdrietig door had kunnen lezen tot mijn boekvrienden zelf het loodje zouden leggen.