Mijn vriend Crenshaw / Katherine Applegate ; vertaald [uit het Engels] door Annelies Jorna

Vorig jaar las ik dit boek en schreef er een stukje over in een boeken-whatt’s app-groepje. Gelukkig vond ik het zo mooi dat ik het kennelijk ook op mijn persoonlijke facebookpagina had gedeeld, zodat ik het deze week (een jaar later) weer te zien kreeg en het alsnog op mijn blog kan plaatsen omdat ik het verschrikkelijk mooi vond:

‘Hartverscheurend (of hartverwarmend, of beiden) B-boek over gezin in armoede, waarbij zoon in eerdere zware periode (moesten noodgedwongen in hun busje gaan wonen) een denkbeeldige vriend kreeg. Hoewel hij erg van de feiten en de wetenschap is, en dus niet in denkbeeldige vriendjes wil geloven, duikt Crenshaw na een paar jaar weer op (en niet zonder reden). ‘Jij bestaat niet’, zie ik tegen de kat in de spiegel. ‘Ik ben zo vrij daar anders over te denken,’ zei Crenshaw.’

Eerlijkheidshalve moet ik er nog wel even bij zeggen dat ik het boek toen ik het uit had, doorgaf aan mijn 10-jarige dochter die het na een tijdje terug gaf, want ze vond het ‘niet zo leuk’ en bij doorvragen zelfs ‘saai, er gebeurde niet zo veel’. In mijn beleving gebeurde er van alles, met terugblikken naar die moeilijke tijd in het busje en een situatie die steeds wat moeilijker wordt: wellicht zullen ze weer hun huis verliezen. Ondertussen was er de denkbeeldige vriend (in de vrom van een reusachtige kat), die ik regelmatig ook buitengewoon grappig vond.

Ik ben er van overtuigd dat als ik het boek aan mijn dochter had voorgelezen, dat ze het wel mooi had gevonden. Voorlezen is toch weer een hele andere beleving dan zelf lezen. Bovendien kun je met elkaar over het boek praten. Ik wil hier niet mee zeggen dat dit boek alleen geschikt is voor voorlezen. Ieder kind verschilt, ieder kind heeft zijn of haar eigen smaak en ieder kind heeft zijn of haar eigen boekensmaak.