Waar is Winter? / Gerda Dendooven

Het stel Mika en Pip leefden ‘lang geleden’ in een dorpje. Het is mij niet helemaal duidelijk wie nou eigenlijk wie is, maar de ene is een lange vrouw, de ander een klein koddig mannetje. Een beetje Eppo van Nispen tot Sevenaer-achtig. ‘Ze hadden geen kind, geen hond en ook geen kat. Maar ze hadden elkaar.’ Die ‘maar’ doet wel vermoeden dat ze een van de drie wel graag zouden willen.

Als op een winterdag iedereen ontwaakt en er lekker veel sneeuw blijkt te zijn gevallen, worden er overal sneeuwpoppen gemaakt. Mika stelt voor er ook een te maken, maar Pip zegt: ‘Nee, geen sneeuwpop. We maken een sneeuwkind.

Enthousiast bouwen ze hun sneeuwkind. Van allebei hun winterpakken krijgt het sneeuwkind een knoop als oog: een roze en een gele. Tot grote verrassing en vreugde van het stel komt het sneeuwkind vervolgens tot leven. Ze noemen hun kind Winter.

Heerlijke tijden beleeft Winter met de andere kinderen in de sneeuw. ‘s Nachts slaapt Winter in de vriezer waar in een la een zacht bedje is gemaakt, en Mika en Pip houden Winter weg bij de kachel, warm eten en ander heets en gevaarlijks.

Maar dan komt de lente, en daarna de zomer. Winter moet steeds meer in de vriezer om aan te sterken, en op een onbewaakt moment gaat Winter op een warme, zomerse dag verstoppertje spelen met de kinderen uit het dorp. Winter vinden ze niet meer terug. Alleen de bloemenkrans die de kinderen voor Winter hadden gemaakt, en de roze en gele knoop.

Tja, ga dat maar eens aan de ouders bekennen. Dat stukje, de reactie van Mika en Pip, is zo mooi, en lief, en verdrietig ook, dat ik er even van moest slikken. Maar uiteindelijk wordt het weer winter. Zou er weer een winterwondertje uit de lucht vallen?

Gerda Dendooven maakte eerder prentenboeken (vanaf ca. 7 jaar) over de liefde van mensen voor een niet-biologisch en bijzonder kind: Stella : ster van de zee (Woutertje Pieterse Prijs 2017), een paar jaar later gevolgd door Op zoek naar Stella, en Takkenkind. Toch allemaal totaal verschillende verhalen.

Ik heb genoten van de mooie zinnen in Waar is Winter? Je krijgt helemaal zin in alle seizoenen, waarin de kinderen uit het dorp altijd buiten spelen: ‘Regen, zon of vrieskou deerden hen niet. Ze dartelden en dolden rond de oude eik, tot ze naar bed moesten.

Het verhaal is als een klein sprookje, dat lang geleden speelt ‘toen winters nog wit waren en zomers zacht, zolang geleden dus‘ (vóór de klimaatverandering, denk ik), in een lief dorp, waar een heel lief stel heel erg naar een kindje verlangt. Geen boosaardige fee die het kind wegneemt, maar de vrolijke zomerzon. Het einde is hoopvol, en we hopen allemaal met Mika en Pip mee.

Gerda Dendooven heeft een geheel eigen stijl van illustreren. Robuust, met vaak mensen die niet al te knap zijn, maar wel aandoenlijk. Het kleurgebruik bij Waar is Winter? is zacht, met veel zachtgroen/grijs en crème, waarbij Mika en Pip, immer in knalroze en knalgeel, er lekker uit knallen.

Ik kan verklappen: kinderen pakken helaas niet snel zelf de boeken van Gerda Dendooven mee. Terwijl ze zo mooi zijn! En deze is echt hartverwarmend, heel mooi om voor te lezen, en biedt stof voor mooie gesprekken. Neem het dus mee en lees het voor! Voor kinderen vanaf ca. 6 jaar. Staat op de Shortlist van de Boon voor kinder- en jeugdliteratuur.