Over (jeugd)boeken en (voor)leesplezier

Category: 4-6 Jaar (Pagina 26 van 36)

Hoeveel bomen?

Hoeveel bomen? / Barroux ; Nederlandse vertaling Lidewij van den Berg

Hoeveel bomen heb je nodig voor een bos? Dat is nog eens een originele vraag voor een prentenboek. De voorleeskinderen deden wilde gokken. En tja, ik zou het ook niet weten eigenlijk. De dieren in het bos denken het echter wel te weten, al houden ze er allemaal een andere mening op na. Het hert geeft als eerst zijn mening. Hij is immers de koning, zo beweert hij in ieder geval. Hoewel hij dat vaak blijft herhalen om zijn gelijk te krijgen, is er nergens enige bevestiging: er is geen kroon en geen van de dieren lijkt er in mee te gaan, maar dat terzijde. De meningen variëren van zo maar een getal roepen, tot er een reden bij geven. Een bepaald aantal bomen zijn bijvoorbeeld minimaal nodig om verstoppertje te spelen, of juist om je te kunnen verstoppen voor de jager. Het aantal dat genoemd wordt, wordt steeds minder. Toen een van de dieren beweerde dat er vier bomen nodig zijn, voor ieder seizoen één, ontstond er wat beroering bij de voorleeskindjes: in de andere aantallen en redenen konden ze meegaan, maar hier klopte toch echt iets niet 🙂
Terwijl de dieren van alles roepen, klinkt er steeds een piepstemmetje uit de bosjes: een klein diertje wil de hele tijd ook iets zeggen. Als hij eindelijk de kans krijgt om het te zeggen, blijkt hij meer te begrijpen van bomen dan de andere dieren: één boom heb je nodig, want uit de zaadjes van die ene boom kan een heel bos groeien. Opgelost? Zelf zit ik een beetje met de vraag hoe je dan aan verschillende soorten bomen kan komen, maar daar heb ik de kinderen maar niet mee lastig gevallen. Bovendien loopt het verhaal uiteindelijk uit in een nieuwe vraag: Wat was er eigenlijk eerder: de boom of het zaadje? De kinderen hadden dus wel iets anders om over na te denken.

Aapjes kijken?

Aapjes kijken? / Patricia van Noord & Maarten de Loor ; met tekeningen van Nousjka Zijlstra

\

Op iedere pagina van dit prentenboek zit een vader- of moederdier met zijn of haar kindje naar iemand te kijken en het kindje stelt vragen of maakt opmerkingen over degene naar wie ze kijken. Vervolgens komt er een vraag voor het kind /de kinderen die worden voorgelezen: ‘Over wie heeft de kleine beer het? Weet jij het misschien?’. En dat in allerlei verschillende variaties. De kinderen die ik laatst voorlas in de bibliotheek deden enthousiast mee, vooral met dieren benoemen (altijd leuk). Maar ze hadden geen idee naar wie die dieren nu keken. Op de laatste pagina komen ze eindelijk in beeld: al die dieren kijken naar de dierentuinbezoekers. En meteen worden een aantal vragen die de dierenkinderen aan hun ouders stelden ook duidelijk, zoals ‘Wat is dat voor vogel met die blauwe veren?’ (ik heb het boek al weer ingeleverd, dus wellicht was de zin een beetje anders) blijkt een man met een blauwe fluffy jas.

Leuk prentenboek waarbij de rollen zijn omgedraaid: ‘aapjes kijken’ is in dit geval ‘mensjes kijken’. Helemaal een aanrader voor wie met kleintjes naar de dierentuin gaat, of net is geweest.

Drop, het stoute eendje

Drop, het stoute eendje / Catharina Valckx

Het zint Drop niet dat iedereen hem schattig vindt. Hij besluit daarom om stout te worden en voegt meteen de daad bij het woord door zich vreselijk te misdragen bij de dieren die hem lief zijn: grote mond, bijten, het zandkasteel van een ander kapot maken, iemand expres op het hoofd poepen. En het werkt: ‘Nou ja zeg!’bromt Stoffel. ‘De brutaliteit! Zo ken ik je helemaal niet, schobbejak!’. Lees verder

Alle verhalen van Ridder Florian

Alle verhalen van Ridder Florian / Marjet Huiberts ; met tekeningen van Philip Hopman

Van Ridder Florian zijn vele prentenboeken en hier zijn ze gebundeld (inclusief twee nieuwe verhalen)  in een lekker dik boek voor extra lang plezier.

‘Ridder Florian de Bange’ (zo beginnen alle verhalen) is een riddertje in kleuterformaat, dat ieder verhaal angstig of bevooroordeeld in gaat, maar aan het einde steeds weer ervaart dat de werkelijkheid anders is en altijd in positieve zin. De akelige nar die Florian publiekelijk te kakken zet, wordt zelf zo bang voor de kleine boze pony van Florian dat hij het zelf van angst in zijn broek doet, de enge draak blijkt gewoon een vriend te willen, de boze keizerin is eigenlijk een goedlachse vrouw die hartelijk om Florians moppen lacht, de gemene oplichter wordt uiteindelijk door Florian om de tuin geleid en de monnik is geen stinkende zonderling maar een lieve muzikale leermeester. En vooral alle grote boze mannen blijken maar bange poeperds.

Lees verder

Liebermann : de zee van meneer Max

Liebermann : de zee van meneer Max / Annette Fienieg & Koos Meinderts

Meneer Max (Duitse impressionistische schilder Max Liebermann, 1847-1935) tekent en schildert mensen graag zoals ze zijn, gewone mensen. Dat wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hij gaat langs bij het Burgerweeshuis in Amsterdam en kiest een van de meisjes om te schilderen. Wanneer zij hem vertelt dat haar vader op zee is, maar dat ze nog nooit de zee heeft gezien, besluit hij haar en een paar andere meisjes mee te nemen naar zee. Het wordt een heerlijke dag die eindigt in een theetuin, met limonade voor de meisjes. En uiteraard tekent meneer Max zoveel mogelijk.

Sfeervol zomers prentenboek uit de fijne kunstprentenboekenserie van Gemeentemuseum Den Haag. Warme illustraties in zachte tinten. Behalve dat het een heerlijk verhaal is (en je zin krijgt om naar zee te gaan, liefst in die tijd), leert het je ook wat over de schilder en de tijd waarin het verhaal speelt.

 

« Oudere berichten Nieuwere berichten »

© 2025 Boekmama.nl

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑